Voor veel mensen is het leven zinvol. Dit draagt bij aan hun welzijn. Mentale stoornissen belemmeren mensen hier vaak bij. Zo ervaren mensen met een persoonlijkheidsstoornis vaak een tekort aan betekenis, doelgerichtheid en sturing in hun leven.

Angelien Steen is psychiater bij ons centrum voor psychotherapie (CVP) binnen de Zwaluw & Enk en behandelt hier veel jongeren met een persoonlijkheidsstoornis. Ook is zij onderzoeker bij GGz Centraal. In haar werk als psychiater ziet zij dat een deel van de patiënten die binnen de Zwaluw & Enk in behandeling komen suïcidaal zijn. Zij herkent bij hen vaak een gevoel van zinloosheid waar ze onder lijden. Ze geven vaak aan dat ze een tekort aan betekenis, doelgerichtheid en richting in het leven ervaren. Met andere woorden: zij ervaren een gebrek aan zingeving. Dat is de reden waarom Angelien onderzoek wilde doen: om deze jonge cliënten te kunnen helpen weer zin te ervaren.

Graag laten we Angelien Steen zelf aan het woord over de bevindingen van haar onderzoek.

Wat is zingeving?

Angelien: “Zingeving is de laatste jaren in opkomst als onderzoeksveld. Er is discussie over wat zingeving inhoudt. Een veelgebruikte definitie van zingeving kent de volgende drie elementen:

  1. Doelgerichtheid (het leven kent doelgerichtheid en je kunt je leven richting geven)
  2. Samenhang (het leven kent samenhang en die samenhang is duidelijk voor je)
  3. Betekenis (het leven heeft zin en je vindt het leven waard te leven)”

Wat heb je onderzocht?

Angelien: “ik heb samen met collega’s onderzocht of cliënten met een persoonlijkheidsstoornis verschillen van een controlegroep met mensen zonder psychische problemen. De vraag is of ze verschillen in zingeving, levensbeschouwing én ‘zelftranscendentie’ (red: bij ‘zelftranscendentie’ gaat het over in hoeverre iemand zich verbonden voelt met een groter geheel).

Aan dit onderzoek binnen GGz Centraal hebben 125 cliënten met een persoonlijkheidsstoornis meegedaan. De controlegroep bestond uit 69 mensen zonder psychologische problemen. Alle deelnemers hebben meerdere vragenlijsten ingevuld met betrekking tot zingeving. De cliënten hebben de lijsten ingevuld vóór de start van hun behandeling.”

Wat komt er uit het onderzoek?

Angelien: “Uit mijn onderzoek zijn de volgende conclusies te trekken:

  • Cliënten met een persoonlijkheidsstoornis ervaren in het algemeen minder zingeving dan mensen in de controlegroep.
  • Uit het onderzoek blijkt ook dat cliënten met een persoonlijkheidsstoornis minder doelgerichtheid ervaren dan de controlegroep. En dat staat los van hun depressieve klachten.
  • Het zoeken naar zingeving verschilt niet tussen de twee groepen. Zoeken naar zingeving kan negatief zijn bij gebrek aan zingeving en juist positief zijn bij ervaren zingeving.
  • Wat betreft zingeving maakt het wel of niet religieus of spiritueel zijn een verschil voor cliënten. Cliënten die religieus of spiritueel zijn ervaren meer betekenis, meer doelgerichtheid en richting in hun leven dan atheïstische/agnostische cliënten. In de controlegroep is er geen verschil op dit vlak.
  • Er is geen verschil in zelftranscendentie tussen de cliënten en de controlegroep.
  • Uit het onderzoek blijkt wel dat in beide groepen mensen met een religieuze/spirituele levensbeschouwing meer zelftranscendentie ervaren dan atheïstische/agnostische mensen.”

Wat betekent dit voor de praktijk?

Angelien : “Zinloosheid is thematiek die vaak voorbijkomt, maar niet altijd goed besproken wordt in de behandeling. Het kan heel moeilijk zijn voor cliënten als doelen verloren gaan, of als idealen niet haalbaar blijken. Een nieuw perspectief vormen – met haalbare en betekenisvolle doelen – is dan belangrijk. Net zoals het versterken van verbondenheid met anderen én het versterken van de eigen identiteit. Tegelijkertijd kan een religieuze/spirituele levensbeschouwing een bron van zingeving zijn. Met andere woorden: ook dit is belangrijk om bespreekbaar te maken in de behandelkamer.

Dit onderzoek maakt inzichtelijker hoe zingeving of het lijden aan een tekort aan zingeving zich uit in verschillende groepen. Met deze verschillen kunnen we rekening houden in de praktijk. Er is in mei 2023 een generieke module verschenen om behandelaren te helpen met het bespreken van zingeving. Hierin staan onder meer 10 kernaanbevelingen voor het bespreken van zingeving.

Ik ben in ieder geval blij dat zingeving zo op de kaart staat en dat ik zelf bij kan dragen met behandeling en onderzoek.”

Wil je meer weten over dit onderzoek?

Wil je meer weten over wetenschappelijk onderzoek bij GGz Centraal?