Een internationaal team van 43 onderzoekers, clinici, beleidsmakers en ervaringsdeskundigen uit 15 landen heeft het eerste gezamenlijke raamwerk ontwikkeld voor leefstijlpsychiatrie. Het raamwerk, dat is gepubliceerd in BMJ Mental Health, wil meer duidelijkheid en richting geven voor leefstijlinterventies binnen de geestelijke gezondheidszorg.
Leefstijlgedrag – zoals lichamelijke activiteit, voeding, slaap, stressmanagement, middelengebruik en sociale contacten – heeft veel invloed op het ontstaan, blijven bestaan én herstel van psychische aandoeningen.
Mensen met psychische aandoeningen hebben vaak last van symptomen zoals vermoeidheid, slaapproblemen, lage motivatie, cognitieve beperkingen of sociaal isolement. Door deze symptomen is het voor hen extra moeilijk om hun gedrag te veranderen, vergeleken met andere groepen. Daarnaast zijn er vaak ook andere drempels die een gezondere leefstijl moeilijker maken. Zoals te weinig geld, weinig toegang tot deskundige begeleiding, of leven in een omgeving die gezond gedrag nauwelijks ondersteunt.

Wat ook niet helpt, is dat in de praktijk vaak geen helder en gedeeld beeld is van wat leefstijlpsychiatrie precies betekent. Daardoor verschillen de kwaliteit, toegankelijkheid en inbedding van leefstijlinterventies van plek tot plek. Om dit probleem aan te pakken, heeft een internationaal team samen een raamwerk voor leefstijlpsychiatrie ontwikkeld.
Heldere positionering binnen de zorg
Het nieuwe raamwerk laat duidelijk zien dat leefstijlpsychiatrie onderdeel is binnen de bestaande zorg. De discipline wordt gepositioneerd als een tak van leefstijlgeneeskunde; afgestemd op mensen met psychische aandoeningen of een verhoogd risico daarop. De principes van leefstijlgeneeskunde worden toegepast in de geestelijke gezondheidszorg. Daarbij moeten de interventies altijd aansluiten bij de unieke persoonlijke behoeften, drempels en ervaringen van mensen die daar zorg en begeleiding krijgen.
“Leefstijlpsychiatrie is geen losstaand alternatief, maar hoort bij goede en complete geestelijke gezondheidszorg,” zegt eerste auteur Jeroen Deenik, gezondheidspsycholoog en senior onderzoeker bij GGz Centraal. “Tot nu toe gebruikte iedereen de term anders. Zonder duidelijke afspraken is het in de praktijk moeilijker om een leefstijlaanpak goed uit te voeren, te verbinden met andere zorg en op te nemen in beleid. Ook is het dan gevoeliger voor commerciële invloed. Dit raamwerk legt het niet voor altijd vast, maar geeft wel voor het eerst een helder internationaal uitgangspunt.”
Eerste gezamenlijke concept van leefstijlpsychiatrie
Het raamwerk bevat het eerste internationaal gedeelde idee van leefstijlpsychiatrie. Dit betekent dat leefstijlpsychiatrie gaat over het gebruiken van bewezen, passende leefstijlmaatregelen (evidence-based) die afgestemd zijn op de persoon. Denk daarbij aan gezonde voeding, voldoende beweging, goed slapen, vermindering van stress, minder gebruik van alcohol of drugs en betekenisvolle sociale contacten. Deze maatregelen kunnen helpen bij het voorkomen, behandelen en herstellen van psychische aandoeningen.
Er wordt benadrukt dat mensen leefstijlmaatregelen zelf kunnen doen, maar ook met behulp van goed opgeleide professionals. Voor een goede uitvoering is het belangrijk om rekening te houden met omstandigheden die leefstijl beïnvloeden. Bijvoorbeeld armoede, vooroordelen, weinig kennis over gezondheid of bijwerkingen van medicijnen.
Dit raamwerk biedt houvast
Met een helder gedefinieerd concept wordt leefstijlpsychiatrie gemakkelijker te begrijpen. Zo hebben zorgverleners, onderzoekers en beleidsmakers een gezamenlijke basis om mee te werken. Dit kan helpen bij het maken van nieuwe en geactualiseerde richtlijnen (zoals de recente zorgstandaard Leefstijl). Ook kan het helpen om financiering en verantwoording beter te regelen. Daarnaast wordt het gemakkelijker om leefstijl een plek te geven in onderwijs en scholing. Op deze manier helpt het raamwerk om leefstijl beter in de bestaande zorg te verwerken.
Van bewijs naar consistentie en implementatie
Het raamwerk sluit aan op het eerdere werk van onder meer de Lancet Psychiatry Commission. Zij lieten al zien dat leefstijlmaatregelen goed werken en dat er meer geld voor nodig is en een betere plek in de zorg.
Deenik: “Er ís al veel bewijs en er zijn in Nederland en wereldwijd al veel mooie initiatieven. Maar zonder een gedeelde basis blijft leefstijlpsychiatrie een breed – of zelfs vaag – begrip. Daardoor kan het lastiger zijn om aandacht voor leefstijl stevig in de dagelijkse praktijk, het onderzoek en het beleid te verankeren. Dit raamwerk geeft ons voor het eerst een gezamenlijk en internationaal gedragen beeld van wat leefstijlpsychiatrie is, waarom het belangrijk is en hoe het past binnen de bestaande zorg. Die gedeelde helderheid brengt een structurele invoering in de praktijk weer een stap dichterbij.”